Voor ouders

Ga direct naar:

  • 9Deelnemende scholen
  • 9Passend Onderwijs
  • 9Informatiegids Passend Onderwijs
  • 9Rechten in relatie tot Passend Onderwijs
  • 9Leerlingenvervoer
  • 9Onderwijs voor zieke leerlingen
  • 9Consulenten OZL
  • 9Praktijkonderwijs (PrO)
  • 9Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO)
  • 9Naar het V(S)O
  • 9Ouder- en Jeugdsteunpunt

Het is voor elke leerling van belang dat de overstap van basisschool naar voortgezet onderwijs goed verloopt. In groep 8 krijgt uw kind een schooladvies. Daarmee kunt u op zoek naar een school voor voortgezet onderwijs.

Als ouder(s)/verzorger(s) is het uw taak om zelf een school uit te zoeken voor uw kind. Dat geldt ook als er sprake is van speciaal onderwijs. Alle scholen voor primair onderwijs en voor voortgezet onderwijs, dus ook voortgezet speciaal onderwijs, in Nederland zijn aangesloten bij een samenwerkingsverband. Elke regio heeft zijn eigen samenwerkingsverband. Ons samenwerkingsverband heet Stichting Leerlingenzorg NW-Veluwe.

Hoe kies ik vervolgonderwijs voor mijn kind?

Als ouder kiest u zelf een school voor uw kind, ook als uw kind mogelijk extra ondersteuning nodig heeft. Na aanmelding beoordeelt de school of zij aan de ondersteuningsvraag van uw kind tegemoet kan komen. Kan dat niet, dan zoekt de school – na overleg met u – een andere school die de ondersteuning wel kan bieden. Dit noemen we zorgplicht. Zo kan uw kind naar de school die het best bij hem of haar past.

Hoe en wanneer aanmelden bij het voorgezet onderwijs?

Voor het aanmelden van uw kind bij het voortgezet onderwijs kunt u het beste wachten totdat de basisschool uw kind een schooladvies heeft gegeven. De scholen in het voortgezet onderwijs moeten dat advies namelijk meewegen in hun besluit over toelating van leerlingen. In het voortgezet onderwijs wordt een vaste inschrijftermijn gebruikt. Op de websites van de scholen in de regio Noordwest-Veluwe kunt u daarover meer informatie vinden.

Uw kind aanmelden bij een school naar keuze

Hebt u een school gevonden die voldoet aan uw wensen? Dan meldt u uw kind binnen de
inschrijftermijn schriftelijk aan. Dit is minimaal 10 weken voor de aanvang van het nieuwe schooljaar of 10 weken voordat u wilt dat uw kind op school begint, bijvoorbeeld bij een verhuizing. De school heeft de wettelijke verplichting om na de aanmelding binnen zes weken een besluit te nemen over de toelating van de leerling. Deze termijn mag met maximaal vier weken worden verlengd. Kijk op de website van de school van uw voorkeur of vraag bij de basisschool van uw kind wanneer de sluitingsdatum van aanmelding is.

Als u uw kind later aanmeldt, kan het zijn dat uw kind niet op tijd kan worden geplaatst. Meestal kunt u uw kind aanmelden door een inschrijfformulier in te vullen. Als u denkt dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft, geeft u dat bij de aanmelding aan de school door. Ook moet u het melden als u uw kind op meerdere scholen hebt ingeschreven.

Onderzoek naar leerachterstanden

Leerlingen die het advies Praktijkonderwijs (PrO) krijgen, hebben een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig om naar het Praktijkonderwijs toe te kunnen. De procedure om deze TLV te verkrijgen, is bekend bij de basisschool.

Leerlingen die het advies voor vmbo-basis of vmbo-kader hebben gekregen, komen misschien in aanmerking voor LeerWegOndersteunend Onderwijs (LWOO). Hiervoor geldt een aparte procedure, die bekend is bij de basisschool en waarover u hier meer kunt lezen.

Uw kind aanmelden bij meerdere scholen

U kunt uw kind bij meerdere scholen inschrijven, binnen en buiten de regio van het
samenwerkingsverband waar u woont. U bent dan verplicht via het aanmeldingsformulier de scholen te laten weten waar u uw kind nog meer hebt aangemeld. Zo kunnen de scholen de
aanmeldingsprocedure onderling afstemmen. U geeft aan welke school uw voorkeur heeft. Deze school heeft de zorgplicht en onderzoekt of ze uw kind kan toelaten.

Op de website van de Rijksoverheid leest u meer over Passend Onderwijs of klik hier om de
Informatiegids Passend onderwijs te downloaden.
Klik hier om meer te weten te komen over uw rechten en die van uw kind in relatie tot Passend Onderwijs.

Deelnemende scholen

Accent Nijkerk: school voor Praktijkonderwijs (PrO) in Nijkerk

Chr. College Groevenbeek: school voor VMBO (met LWOO), HAVO, atheneum en tweetalig VWO in
Ermelo en Putten

Chr. College Nassau-Veluwe: school voor HAVO, atheneum en gymnasium in Harderwijk

Corlaer College: school voor VMBO (met LWOO) en HAVO/atheneum in Nijkerk

De Lelie: school voor VSO cluster 3 in Harderwijk en Ermelo (Driekansen)

school voor VSO cluster 3 in Nunspeet

Dr. A. Verschoorschool: SO-school met een VSO-locatie (cluster 4, leerjaar 1 en 2) in Harderwijk

Emaus College: school voor VSO cluster 4 in Ermelo

Aeres VMBO: school voor VMBO (met LWOO) in Nijkerk

Mijnschool: school voor PraktijkOnderwijs (PrO) in Harderwijk

Morgen College: school voor VMBO (met LWOO) in Harderwijk en Zeewolde

Nuborgh College: school voor VMBO (met LWOO), HAVO en VWO in Elburg en Nunspeet

Rietschans College: school voor VSO cluster 4 in Ermelo

RSG Slingerbos/Levant: school voor MAVO, HAVO en VWO in Harderwijk en Zeewolde

Van Kinsbergen College: school voor VMBO (met LWOO) HAVO en atheneum (onderbouw) Elburg

Informatie Passend Onderwijs

Leerlingenvervoer

Leerlingenvervoer is alléén bedoeld voor kinderen die niet zelfstandig naar school kunnen, bijvoorbeeld door een beperking in combinatie met een ver weg gelegen school. De gemeente is verantwoordelijk voor het regelen en de uitvoering van leerlingenvervoer en beslist of uw kind hier recht op heeft. U vraagt het leerlingenvervoer dan ook bij uw gemeente aan. De gemeente regelt het leerlingenvervoer bijvoorbeeld door middel van:

  • een vergoeding voor het zelf wegbrengen en ophalen van uw kind
  • een vergoeding voor een fiets, openbaar vervoer of aangepast vervoer
  • het zorgen voor (aangepast) vervoer met een bus of taxi.

De voorwaarden om leerlingenvervoer aan te vragen zijn onder andere:

  • de afstand tussen uw woning en de school;
  • de reistijd;
  • de mogelijkheden van uw kind.

Voor elk schooljaar moet u een nieuwe aanvraag indienen. Ook met andere vragen over het leerlingenvervoer kunt u terecht bij uw gemeente.

Onderwijs voor zieke leerlingen

Ook leerlingen die langdurig ziek zijn moeten onderwijs kunnen volgen. Daarnaast is het belangrijk dat zij de band met hun medeleerlingen en leraren behouden.

Veel langdurig zieke leerlingen hebben tijdelijk of gedurende een lange(re) periode extra ondersteuning nodig van de school. Soms is bij de start op school meteen al duidelijk dat een kind extra zorg nodig heeft en soms is dat pas later als een leerling plotseling ziek wordt. In alle gevallen blijft de school waar de zieke leerling staat ingeschreven verantwoordelijk voor het onderwijsaanbod.
Dit is vastgelegd in de Wet Ondersteuning Onderwijs Zieke Leerlingen (WOOZ). Lees meer in deze folder over zieke leerlingen en passend onderwijs (pdf).

Consulenten Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen (OZL) ondersteunen ouders, leerlingen en de school hierbij. Een consulent OZL helpt bijvoorbeeld bij het organiseren van lessen aan huis als een langdurig zieke leerling niet naar school kan. Ouders en school kunnen de consulent gratis inschakelen.

KlasseContact

KlasseContact is een gezamenlijk initiatief van EDventure, de branchevereniging voor onderwijsadviesbureaus in Nederland en het KPN Mooiste Contact Fonds. Sinds 2008 zorgt deze samenwerking ervoor dat chronisch of ernstig zieke leerlingen die langdurig niet naar school kunnen, toch lessen kunnen volgen in de eigen klas, met de eigen leerkracht. Zo raken zij minder snel achterop met de lesstof en blijven zij in contact met hun leerkrachten/ docenten en klasgenoten. Via deze link komt u bij hun website: https://www.klassecontact.nl/nl/

Consulenten OZL

De consulenten Onderwijs Zieke Leerlingen (OZL) zijn er speciaal voor zieke leerlingen in het basis-, voortgezet en speciaal onderwijs. Ouders en de school van een zieke leerling kunnen een consulent OZL gratis inschakelen. De consulenten werken bij de onderwijsadviesbureaus en bij de educatieve voorzieningen van de Universitaire Medische Centra. Samen vormen de consulenten het landelijk netwerk Ziek zijn en Onderwijs (Ziezon).

De consulenten OZL ondersteunen bij:

  • afstemming tussen en samenwerking met ketenpartners, zoals ambulant begeleiders, leerplichtambtenaren, onderwijsconsulenten en centra voor jeugd en gezin.
  • onderhouden van contact tussen de school, het ziekenhuis, de leerling en de ouders.
  • geven van voorlichting en advies aan leraren over onderwijs aan zieke leerlingen.
  • geven van informatie aan leraren, ouders, (zorg)professionals en klasgenoten over het omgaan met de zieke leerling.
  • regelen van onderwijs en begeleiding van de zieke leerling thuis, in het ziekenhuis en op school.
  • organiseren van lessen aan huis of in het ziekenhuis als de zieke leerling geen les op school kan krijgen.
  • geven van informatie over ziekten en de mogelijke gevolgen voor schoolprestaties.
  • maken van een plan van aanpak voor de zieke leerling, in samenwerking met de school.
  • inzet van communicatiemiddelen, zoals een laptop of tablet.

In alle gevallen blijft de school waar de zieke leerling staat ingeschreven verantwoordelijk voor het onderwijsaanbod. Dit is vastgelegd in de Wet Ondersteuning Onderwijs Zieke leerlingen (WOOZ).

Meer informatie
Voor meer informatie en contactgegevens van de consulenten OZL in uw regio kunt u terecht op de website van Ziezon.

Praktijkonderwijs (PrO)

Praktijkonderwijs (PrO) is één van de vier vormen van voorgezet onderwijs voor leerlingen van 12 tot 18 jaar. Praktijkonderwijs bereidt leerlingen zo goed mogelijk voor op de maatschappij. Alle leerlingen volgen een eigen ontwikkelplan. Leren, werken, redzaamheid, burgerschap en vrije tijd zijn daarbij belangrijke aspecten.
De lessen in het praktijkonderwijs richten zich op:

  • theoretisch onderwijs;
  • beroepspraktijkvorming, zoals praktijkleren en begeleide stage;
  • redzaamheidstraining met opdrachten als boodschappen doen, koken, klussen in huis en zelfstandig reizen;
  • persoonlijkheidsvorming, zodat leerlingen weten waar ze goed in zijn en sterker in hun schoenen staan;
  • arbeidsvaardighedentraining: competenties en vaardigheden leren die nodig zijn om een goede werknemer te zijn.

De meeste leerlingen zitten 4 of 5 jaar op een school voor praktijkonderwijs. Leerlingen behalen naast een getuigschrift en/of schooldiploma ook diploma’s van branche-opleidingen. Na het praktijkonderwijs gaat een groot deel van de leerlingen aan het werk. Een deel van de leerlingen stroomt door naar het mbo.

Voor toelating tot praktijkonderwijs zijn landelijke de volgende toelatingscriteria vastgesteld:

1. Het IQ van de praktijkschool leerling ligt tussen 55 en 80 (dit moet blijken uit een recent IQ rapport);

2. De leerling heeft een leerachterstand van drie jaar of meer op twee van de volgende domeinen:

  • inzichtelijk rekenen;
  • begrijpend lezen;
  • technisch lezen;
  • spellen.

Waarvan één van de domeinen ‘inzichtelijk rekenen’ of ‘begrijpend lezen’ moet zijn.

Een leerling die voldoet aan de criteria krijgt een toelaatbaarheidsverklaring praktijkonderwijs (TLV PrO). Deze TLV PrO is noodzakelijk voor een inschrijving in het praktijkonderwijs en kan (in overleg met de ouders) door de basisschool of de school voor praktijkonderwijs worden aangevraagd bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van Stichting Leerlingenzorg.

Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO)

Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) is bedoeld voor vmbo-leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben voor het behalen van hun diploma. Het LWOO is geen aparte leerweg. De meeste scholen binnen het samenwerkingsverband bieden deze vorm van ondersteuning.
Vmbo-scholen bepalen zelf of en hoe zij LWOO aanbieden. Zij doen dit bijvoorbeeld door het bieden van:

  • kleinere klassen
  • bijlessen
  • huiswerkbegeleiding
  • trainingen om een leerling beter te laten studeren
  • verlengde instructie

LWOO kan plaatsvinden tijdens de lesuren, maar ook buiten de lesuren om. LWOO hoeft niet altijd de volle vier jaren te duren. Er zijn leerlingen die na één of twee jaar in staat zijn zelfstandig hun schooltaken uit te voeren.
Om vast te stellen of een leerling in aanmerking komt voor LWOO, wordt er getest op leerachterstanden. Een leerling die voldoet aan de criteria hiervoor krijgt een zogeheten ‘aanwijzing’ voor LWOO.

Toelaatbaar tot het leerwegondersteunend onderwijs zijn leerlingen met:

  • Een leerachterstand tussen 25% en 50% op twee van de volgende leergebieden (niet zijnde de combinatie technisch lezen en spelling) namelijk technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en inzichtelijk rekenen.

Bij leerlingen met tegenstrijdige criteria (sommige gegevens wijzen op LWOO, andere op PrO) en voor leerlingen met een IQ van 75 tot 80 kan er een keuze gemaakt worden tussen LWOO of PrO.

Deze keuze moet bij de aanmelding expliciet beargumenteerd worden in de motivering. Alleen voldoen aan de criteria is niet voldoende: uit het dossier moet blijken dat het gaat om een leerling met een specifieke ondersteuningsbehoefte.

Een aanwijzing voor LWOO moet door de basisschool of de school voor voortgezet onderwijs worden aangevraagd bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van Stichting Leerlingenzorg NW- Veluwe. De PCL beoordeelt dit op grond van de informatie in het dossier, vooral op grond van het onderwijskundig rapport en de motivering. Wel zijn de bovengenoemde criteria leidend. In geval van twijfel neemt de PCL NW-Veluwe om te beginnen contact op met de IB-er van de aanleverende school en vervolgens eventueel met de beoogde VO-school. We denken graag mee, in het belang van de leerling. Alle inspanningen zijn erop gericht de leerling op de juiste plek in het VO te laten starten.

Ouder- en Jeugdsteunpunt

Ouders en leerlingen kunnen terecht bij ons Ouder- en Jeugdsteunpunt.
Het steunpunt is bereikbaar via 0341-842834 op maandagmiddag en woensdagmiddag tussen 14:00 en 16:00 uur.

Het steunpunt staat u/jullie graag te woord over allerlei zaken die te maken hebben met ‘naar school gaan’. Zo kunnen we o.a. een luisterend oor bieden, meedenken over uw/jouw situatie of informatie geven over passend onderwijs.