Vmbo-scholen bepalen zelf of en hoe zij LWOO aanbieden. Bijvoorbeeld door:
LWOO kan plaatsvinden tijdens de lesuren, maar ook buiten de lesuren om. LWOO hoeft niet altijd de volle vier jaren te duren. Er zijn leerlingen die na één of twee jaar al in staat zijn zelfstandig goede resultaten te behalen.
Om vast te stellen of een leerling in aanmerking komt voor LWOO, wordt er getest op leerachterstanden. Een leerling die voldoet aan de criteria krijgt een zogeheten ‘aanwijzing’ voor LWOO.
Toelaatbaar tot het leerwegondersteunend onderwijs zijn leerlingen met:
Vorig schooljaar is bij wijze van proef het IQ-criterium losgelaten voor leerlingen in het LWOO. Ook dit jaar zal dat het geval zijn. Dit betekent dat een leerling die op twee van de vier gebieden, waaronder in ieder geval begrijpend lezen of inzichtelijk rekenen, een leerachterstand heeft tussen 25 en 50% in aanmerking komt voor LWOO. Ook wanneer het IQ hoger is dan 90.
Een aanwijzing voor LWOO moet door de basisschool of de school voor voortgezet onderwijs worden aangevraagd bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van Stichting Leerlingenzorg NW-Veluwe. De PCL beoordeelt dit op grond van de informatie in het dossier, vooral op grond van het onderwijskundig rapport en de motivering. Wel zijn de bovengenoemde criteria leidend. Ingeval van twijfel neemt de PCL NW-Veluwe om te beginnen contact op met de IB-er van de aanleverende school en vervolgens eventueel met de beoogde VO-school. We denken graag mee, in het belang van de leerling. Alle inspanningen zijn erop gericht de leerling op de juiste plek in het VO te laten starten.
De officiële regeling treft u aan op de website Overheid.nl.